1. Verlos mij, Heer, van wie mij haten,
kom mij te hulp en doe mij recht.
Waarom heeft U mij nu verlaten?
Geen mensenhulp zal mij nog baten.
Een volk zo liefdeloos en slecht
bedreigt mij, red uw knecht.
2. Mijn God, waar bent U nu gebleven?
Ik kan toch altijd op U aan?
U heeft mij altijd in mijn leven
mij uw bescherming willen geven.
Waarom moet ik geheel ontdaan
in zwarte kleren gaan?
3. Geef mij uw licht op al mijn wegen
en leid mij door uw waarheid, Heer,
naar Sions top zo hoog gelegen,
de woonplaats van uw heil en zegen.
Dan buig ik voor uw altaar neer,
breng U mijn dank en eer.
4. Mijn ziel, waarom het hoofd gebogen,
steeds zo onrustig, zo verward?
Zie maar op God met open ogen,
Hij is een God van mededogen.
Loof Hem, Hij geeft na al je smart
zijn vreugde in je hart.