1. Red mij van hen die mij bestrijden
die uit zijn op mijn ondergang.
Heer, wil mij uit hun hand bevrijden,
hun plannen maken mij zo bang.

2. Als gif van slangen zijn hun woorden
vol haat en dodelijk venijn.
Het liefst zouden zij mij vermoorden
om daardoor van mij af te zijn.

3. Ontferm U, Heer, wil uitkomst geven,
met touwen spannen zij een net,
bedreigen met geweld mijn leven,
hebben hun vallen uitgezet.

4. Roep ik U aan, open uw oren,
ik vraag U in mijn smeekgebed
of U mijn diepe klacht wilt horen
en mij weer in de ruimte zet.

5. Al wat die schurken ook begeren;
doorkruis hun plannen, trouwe Heer
en wil voor mij het tij doen keren
dan maak ik mij geen zorgen meer.

6. Heer, laat de vloek uit al hun monden
neerdalen op hun eigen hoofd.
Dan worden zij door U verslonden,
geveld door vuur dat niet meer dooft.

7. Geen leugen zal het land regeren,
wie onderdrukt valt uit de boot.
Hun daden zijn niet te verteren,
hen wacht uiteindelijk de dood.

8. God zal zijn recht en trouw bewijzen
wie zwak en arm zijn zonder macht.
Rechtvaardigen zullen Hem prijzen,
oprechten heeft Hij thuis gebracht.


Geef een reactie

Je email adres wordt niet gepubliceerd. Required fields are marked *

Plaats reactie